Melanotaenia coronaAllen, 1982
SoortbeschrijvingHet lichaam van Melanotaenia corona is zijdelings samengedrukt en uitgerekt. De vis kan een maximale lengte bereiken van 12 cm, maar meestal minder dan 10 centimeter. De tweede rugvin en de anaalvin zijn ongewoon lang vergeleken met andere leden van het geslacht. De langste vinstralen zijn gelegen in het midden van deze vinnen, een kenmerk dat typisch is voor sommige Glossolepis-soorten. De kleuren van levende exemplaren zijn onbekend.
Verspreiding en leefgebiedDe vis is alleen bekend uit het bovenste deel van de Sermowai River aan de noordkust van West-Papoea, ongeveer 75 kilometer ten westen van Jayapura. Zij werden verzameld door dr. Knud Gjellerup in 1911. Vier andere soorten regenboogvissen werden verzameld door Gjellerup uit de Sermowai River: Chilatherina crassispinosa, Chilatherina fasciata, Chilatherina lorentzi en Melanotaenia affinis. Het is echter niet bekend of zij dezelfde habitat met Melanotaenia corona delen.
OpmerkingenDe enige twee bekende exemplaren moeten aan de aandacht van Weber en De Beaufort zijn ontsnapt. Het holotype is bewaard gebleven in Amsterdam, het enige paratype verhuisde met Gerald Allen naar het Western Australian Museum in Perth. Tegenwoordig wacht Melanotaenia corona nog steeds op herontdekking. De specifieke naam is afkomstig uit het Latijn en betekent ‘rand’ of ‘grens’, een verwijzing naar de kenmerkende witte marge op de rugvinnen. Deze soort is momenteel niet beschikbaar in de aquariumhobby.
Literatuur- Allen, G. R. (1982). Melanotaenia corona, a new species of rainbowfish from northern New Guinea (Pisces, Atheriniformes, Melanotaeniidae). Bulletin Zoölogisch Museum, Universiteit van Amsterdam 8(21): 173-176. Bron: Home of the Rainbowfish Auteur: Adrian R. Tappin Vertaling: J. de Lange |